Vandaag de dag wonen steeds meer stellen ongehuwd samen. Waar men vroeger in de meeste gevallen pas ging samenwonen na het huwelijk, kijkt tegenwoordig niemand meer op van het feit dat stellen ongehuwd samenwonen. Wat veel stellen zich echter niet realiseren, is dat de Nederlandse wet hier nauwelijks op is aangepast. Zo sterk als gehuwden door het wettelijke erfrecht worden beschermd, zo weinig is er wettelijk geregeld voor ongehuwd samenwonenden. Tijd dus om hier eens kort bij stil te staan en aandacht te vragen voor het belang om zelf zaken te regelen.
Partner voor de Successiewet
Hoewel men in de praktijk vaak veronderstelt dat het hebben van een samenlevingsovereenkomst automatisch betekent dat men kwalificeert als elkaars partner, is dat voor de Successiewet niet het geval. Wanneer u voor de Successiewet niet kwalificeert als elkaars fiscaal partner, dan heeft dit bij overlijden serieuze gevolgen. U maakt dan immers geen aanspraak op de hoge partnervrijstelling (2023: € 723.526) en het lage tarief (10% à 20%) voor de erfbelasting en moet het doen met de vrijstelling voor derden (2023: € 2.418) en een tarief van 30% à 40%.
Om te kwalificeren als fiscaal partners voor de Successiewet moet u voldoen aan één van de volgende voorwaarden:
- U bent gehuwd of hebt een geregistreerd partnerschap
- U bent ongehuwd maar voldoet tenminste zes maanden voorafgaand aan het overlijden aan de volgende voorwaarden (cumulatief):
- U bent een notarieel samenlevingscontract met wederzijdse zorgverplichting overeengekomen*;
- U bent beide meerderjarig;
- U woont met uw partner op hetzelfde woonadres (ingeschreven in BRP);
- U bent geen bloedverwanten in de rechte lijn;
- U voldoet met niemand anders aan deze criteria.
Zorg derhalve ervoor dat u tijdig een notariële samenlevingsovereenkomst met wederzijdse zorgverplichting laat opstellen, zodat u bij onverhoopt overlijden van uw partner niet voor nog meer vervelende verassingen komt te staan.
Notarieel samenlevingscontract
In een notarieel samenlevingscontract kunt u met uw partner afspraken maken over de juridische en financiële gevolgen van de samenwoning. Daarbij kunt u enkel afspraken maken over de goederen die u samen in eigendom heeft of in de toekomst samen zal verwerven, zoals de gezamenlijke eigen woning (en de bijhorende hypotheek) en de gezamenlijke bankrekening. Voor het overige vermogen geldt dat u ieder uw eigen vermogen houdt. Evenmin wordt u aansprakelijk voor elkaars schulden, tenzij u zichzelf hiervoor hoofdelijk aansprakelijk zou stellen.
Er ontstaat dus, zelfs met een notarieel samenlevingscontract, geen gemeenschap van goederen zoals bij gehuwden en geregistreerd partners. Eindigt het samenwonen, dan heeft de partner met het lagere inkomen (veelal) geen recht op alimentatie. Wat kunt u dan wel regelen in het notarieel samenlevingscontract, naast de wederzijdse zorgverplichting?
Voor goederen die u samen in eigendom heeft, kunt u bepalen wat daarmee gebeurt indien de samenwoning eindigt door uit elkaar gaan en/of overlijden. In geval van overlijden is het mogelijk om een zogenoemd ‘verblijvingsbeding’ overeen te komen. Daardoor gaan de gemeenschappelijke goederen (en de daaraan verbonden schulden) bij het overlijden van de partner over naar de langstlevende partner. Heeft u daarnaast nog eigen vermogen, bijvoorbeeld een privérekening, dan gaat dit niet automatisch naar uw partner, daarvoor is een testament nodig.
Aanspraak op de nalatenschap
Ongehuwde, samenwonende partners erven niet automatisch bij wet van elkaar. Indien bij overlijden blijkt dat geen testament is opgesteld, dan gelden de wettelijke bepalingen uit het erfrecht. De wet wijst achtereenvolgend de volgende groepen erfgenamen aan:
- de echtgenoot en de kinderen van de erflater.
- de ouders van de erflater en diens broers en zussen. Mocht bijvoorbeeld een broer of zus reeds zijn overleden op het overlijdenstijdstip van de erflater, dan treden eventuele afstammelingen (neefjes en nichtjes) in de plaats.
- de grootouders, dan wel overgrootouders van erflater.
Ongehuwde partners zonder testament lopen dus het risico dat bij overlijden van één van beiden, (een deel van) het vermogen van de erflater volledig toekomt aan anderen dan de langstlevende partner. Dit kan bijvoorbeeld tot gevolg hebben dat de privébankrekening wordt toebedeeld aan de ouders als erfgenamen, in plaats van de partner. Heeft u kinderen maar geen testament opgesteld dan erven uw kinderen uw (privé)vermogen in plaats van uw partner. Dit kan mogelijk praktisch bezien niet wenselijk zijn indien uw partner zorg blijft dragen voor de kinderen.
Wilt u als ongehuwd partners aanspraak maken op (een deel van) elkaars nalatenschap, dan zult u een testament moeten opstellen waarin de partner als erfgenaam wordt benoemd. Houdt er echter rekening mee dat voor samenwonenden in een testament niet zomaar de wettelijke verdeling kan worden toegepast (het wettelijke erfrecht voor gehuwden en geregistreerd partners). Daardoor brengt een testament voor samenwoners de nodige complexiteit en aandacht met zich mee. Laat u derhalve goed adviseren.
In conclusion
Heeft u naar aanleiding van dit artikel vragen of wenst u advies over hoe u bovenstaande risico’s kunt voorkomen? Neem dan gerust contact met ons op via onderstaand contactformulier of met uw eigen Govers contactpersoon.
* de eis van een notarieel samenlevingscontract geldt niet indien u beiden op het tijdstip van overlijden gedurende een onafgebroken periode van ten minste vijf jaren staat ingeschreven op hetzelfde woonadres (ingeschreven in BRP).