“Verder wordt een fiscale regeling geïntroduceerd om medewerkersparticipaties voor startups en scale-ups te stimuleren.”
Met die woorden introduceerde het kabinet bij de presentatie van de Voorjaarsnota 2025 een nieuwe regeling die het in de wereld van de startups en scale-ups aantrekkelijker moet maken om aandelenopties toe te kennen aan werknemers. Voor bedrijven in deze levensfasen is een aandelenoptieregeling bij uitstek een geschikt instrument om werknemers te binden en te belonen. Immers, liquide middelen om een concurrerend basissalaris toe te kennen zijn voor deze bedrijven nauwelijks voorhanden, laat staan dat investeerders ermee instemmen dat hun investering wordt besteed aan beloningen in plaats van productontwikkeling, marketing et cetera. Als oplossing voor het toch kunnen aantrekken en behouden van gekwalificeerde werknemers wordt aan deze werknemers iets anders dan een stevig basisloon in het vooruitzicht gesteld, namelijk de mogelijkheid (optie) om in de toekomst aandelen in het bedrijf te verwerven tegen een vooraf vastgestelde prijs. Vaart het bedrijf wel, dan profiteren de werknemers daarvan mee. Zij kunnen dan immers aandelen verwerven tegen een lagere waarde dan de feitelijke waarde. Daarmee creëert een aandelenoptieregeling een gezamenlijk belang voor werkgever en werknemer:
Dat klinkt allemaal mooi, maar de fiscale werkelijkheid is jarenlang anders geweest. Werknemers dienden loon- en inkomstenbelasting te betalen over de aandelenopties, zodra zij hun aandelenopties verzilverden/uitoefenden en op die manier in het bezit kwamen van de aandelen in het bedrijf. Met aandelen kun je echter geen belasting betalen. Het fiscale afrekenmoment bij de uitoefening van aandelenopties leidde er in veel gevallen toe dat een werknemer werd opgezadeld met een aanzienlijk cashflownadeel. Zij moesten daarom veelal (als die mogelijkheid er überhaupt was) een deel van de verworven aandelen (terug)verkopen. De verkoopopbrengst kon dan worden aangewend om de belastingschuld mee te voldoen.
Mede in het licht van het aantrekkelijker maken van het Nederlandse vestigingsklimaat is jarenlang gelobbyd voor een fiscaalvriendelijkere aandelenoptieregeling. Als eerste stap in de goede richting is daartoe per 1 januari 2023 geregeld dat werknemers in principe niet meer afrekenen met de fiscus als zij de aandelenopties uitoefenen, maar pas op het latere moment dat de aandelenopties verhandelbaar werden. In de praktijk komt het echter geregeld voor dat aandelen wel verhandelbaar zijn, maar dat er simpelweg geen koper is die de aandelen wil overnemen. Voor die gevallen is het genoemde cashflownadeel dus ook ná 1 januari 2023 nog steeds niet opgelost. Hoewel de genoemde lobby voornamelijk uit de startup en scale-up hoek afkomstig was had deze wetswijziging een generiek karakter.
Met de Voorjaarsnota 2025 zet het kabinet nu in op een nog aantrekkelijkere regeling. Het voorstel van het kabinet is tweeledig. Enerzijds wordt voorgesteld om de belastbare grondslag te verlagen naar 65% van het werkelijke voordeel. Daarmee wordt het effectieve belastingtarief meer in lijn gebracht met het Box 2 tarief. Anderzijds luidt het voorstel dat heffing over deze 65% van het voordeel pas geschiedt op het moment dat de aandelen daadwerkelijk door de werknemer worden verkocht. Twee uiterst interessante tegemoetkomingen dus, die overigens wel vragen oproepen. Zo is het de vraag hoe kan worden gerechtvaardigd dat deze specifieke groep wordt bevoordeeld ten opzichte van anderen, die wel belasting betalen over 100% van het genoten loon. Ook zal moeten worden geduid wanneer een bedrijf zich nog in de startup of scale-up fase bevindt. Dat zou weleens een arbitraire kwestie kunnen worden. Wat er ook zij: startups en scale-ups zijn van cruciaal belang voor de innovatieve en economische ontwikkeling van Nederland. Om die reden kunnen we alle begrip opbrengen voor het voorstel en kijken wij met belangstelling uit naar de verdere parlementaire behandeling van dit onderwerp. Uiteraard houden we u op de hoogte.
Heeft u naar aanleiding van dit nieuwsbericht vragen? Neem dan contact met ons op via uw relatiebeheerder, telefonisch via 040 – 2 504 504 of via onderstaand contactformulier.